Verhaaltechniek

Wanneer je een film maakt moet er ook een verhaal in zitten. Het verhaal is wat je over wil brengen naar de kijkers dus speelt een hele grote rol in een film. Daarom hebben we hier wat tips op een rij over het maken van een verhaal.

Maken van een verhaal

Aan het begin van film hoop je dat mensen verder willen kijken omdat ze de film leuk vinden. Eigenlijk is de bedoeling dat je een belofte maakt, de belofte dat het een leuke film is en dat het de moeite waard is om verder te kijken. Om een film leuker maken moet je inspelen op mensen, mensen willen bijvoorbeeld altijd alles aanvullen, als iemand een halve zin vertelt maken ze het automatisch af. probeer daarom om niet alle informatie te geven, laat mensen zelf nadenken over de film, geef puzzelstukjes die ze zelf in elkaar moeten zetten.

Wat ook belangrijk is om personages te laten veranderen, dit gebeurt namelijk ook in het echte leven en zo kunnen mensen zich beter inleven in de film.

Ook is het een menselijke eigenschap dat wanneer iets bewonderend is het ook meteen iets interessant is. Probeer daarom een soort wonder te creëren zodat mensen willen blijven kijken.

Nadat je een verhaal hebt bedacht moet je dit omzetten naar de zinnen die echt in de film komen om het verhaal over te brengen, dit word een script genoemd. Hieronder een aantal tips om dat makkelijker te maken

Van verhaal naar script

• Kies een tijd waarin je verhaal afspeelt.
• 3 acts:
  • 1e act: opzet à verhaal wordt neergezet.
  • 2e act: confrontatie.
  • 3e act: oplossing.
• Schrijf alleen wat je op het beeld kan zien. Dus geen gedachtes en gevoelens, tenzij je dit met een voice-over doet.
• Spanning!
  • Om veel spanning te creëren kun je het beste de evolutie van een personage meemaken. Je personage zit dan bijvoorbeeld in een dilemma of een direct groot gevaar.
  • Het personage moet iets overwinnen. Dit kan van buiten af of van binnen.
• Iedereen moet het script hebben.
  • Helpt met plannen.
  • Krijgt een duidelijk overzicht van de totale kosten.

Tijdens de film moet het niet van dialoog naar dialoog gaan. Maar ook af en toe acties in plaats van woorden