Filmtechniek

Als je eenmaal een script hebt 

Verhalen vertellen met je camera. 

Kadering en beweging zijn belangrijk om je publiek te blijven boeien, en daarom ga je voor meer dynamiek in je scènes. Je moet je constant afvragen waar je aandacht naartoe gaat en waarom.  

Jouw shotkeuzes moeten bepalen hoe jouw kijkers op dat moment gaan denken en voelen. Wanneer je steeds dezelfde instelling laat terugkomen, wordt het vervelend voor de kijkers om ernaar te kijken. Door te variëren tussen shots zorg je voor meer spanning. 

Door de camera te laten bewegen zorg je voor een spannendere wereld met sterke emoties.  

Je moet goed plannen wat je met de camera gaat doen, zodat je het meteen goed kunt opnemen.  

 Tips:  

• Bij een lichte camera kun je een schokkend effect creëren. Of je leun ergens tegen aan om de camera stil te houden. 
• Als je een glad oppervlak hebt kun je, je camera er overheen laten glijden. Het kan ook door je gewicht te verplaatsen. 
• Wanneer je rigoureuze camerabewegingen gebruikt, kun je heftige en emotionele scène goed overbrengen. 

 Geluidseffecten  

Geluidseffect is een van de belangrijkste onderdelen om je film op een hoger niveau te tillen. Het is ongeveer 90 procent van de je beleving bij een film. Dit komt omdat een geluidseffect de scene realistischer en geloofwaardiger maakt. Ook is het een van de goedkoopste manieren om je film beter te maken. 

Geluiden toevoegen kan op verschillende manieren: 

• Tijdens het opnemen het geluidseffect maken 
• Geluidseffect zelf opnemen en toevoegen bij montage 
• Geluidseffect uit geluidsbank opzoeken en toevoegen bij montage. Dit kun je doen door een geluideffect te kopen, een hele ‘bibliotheek’ van geluidseffecten te kopen maar er zijn ook gratis sites waar je geluidseffecten vandaan kunt halen. 

Geluidseffecten verzin je al bij het maken van een script, je denkt tijdens het maken van een script na over hoe en welke geluidseffecten je kunt gebruiken om de film nog beter te maken. 

Geluidseffect is een onderdeel van de film die je in elke fase van het proces moet bespreken, je moet er altijd over nadenken welk geluid waarbij past en als je bijvoorbeeld een geluid hoort kun je er meteen over nadenken of dit past bij de film. 

Bij het zoeken van de geluidseffecten kan het zijn dat je meerdere geluiden vindt die bij een stukje passen, tijdens het monteren kun je deze geluidseffecten het beste er allemaal inzetten en een voor een luisteren samen met het beeld om daarna te besluiten welke het beste is. 

Om bij een scene het verhaal en de geluidseffecten compleet te maken kun je meerdere geluidseffecten op elkaar zetten, dit heet een gestapeld geluidseffect. 

De verhouding van de geluiden is ook erg belangrijk, als de achtergrond bijvoorbeeld erg hard staat leidt dit erg af. Daarom ga je geluiden mixen, zet de geluiden allemaal op het laagste volume en ga spelen met de schuifjes tot je de juiste verhouding hebt. 

Filmen met je mobiel 

Hier een paar tips voor het filmen met je telefoon: 

• Als je veel licht gebruikt wordt het beeld beter. Natuurlijk licht is goed licht. 
• De microfoon van je telefoon is speciaal ontworpen om je stem op te nemen. Je moet alleen zorgen dat je dicht bij je telefoon blijft. Je kunt ook een externe microfoon gebruiken 

• Als je wilt rondlopen terwijl je praat, heb je iemand nodig met een vaste hand, of een statief 
• Op je telefoon kun je de video in grote lijnen bewerken, maar gedetailleerde bewerkingen zijn lastiger. 

Cuts en overgangen 

Cuts  

• Cutting on action: van het ene beeld naar het andere gaan, terwijl de actie nog bezig is. 
• Cut away: je gaat van een beeld naar een ander beeld, en dan weer terug naar het beeld ervoor. 
• Cross cut: het heen en weer gaan van beelden. Meestal wordt dit gebruikt bij telefoongesprekken. Dit zorgt voor meer spanning in de film. 
• Jump cuts: cuts in hetzelfde shot. Dit gebruik je meestal als je wil laten zien dat de tijd voorbij gaat. Je kunt het ook gebruiken om te laten zien dat er haast is. 
• Match cut: je gaat van het ene beeld naar het andere beeld. In het beeld zijn dezelfde actie of gesprekken bezig.  

Overgangen 

• Fade in/ fade out: je gaat van of naar een zwart scherm. 
• Dissolve: wanneer je het beeld laat overgaan door het andere beeld heen. 
• Smash cut: zijn snelle wisselingen. Dit zie je vaak wanneer mensen wakker schrikken. 

• Iris: je camera focust op een punt en gaat dan langzaam over naar een zwart vlak, of omgekeerd. Je kunt het ook gebruiken om je beeld op een punt te focussen. 
• Wipe: je schuift van het ene beeld naar het andere beeld. 
• Invisible cut: je krijgt de indruk dat je naar één scène kijkt, maar eigenlijk kijk je naar twee scènes direct na elkaar. 
• L- cut: een scène gaat over naar een scène met veel geluid. 
• J-cut: je geluid van een scène begint voordat je er met het beeld naartoe gaat.